Nu het weer warmer wordt, pakken we graag zoveel mogelijk zonnestralen mee. Omdat onbeschermd zonnen niet veilig is, smeren we onszelf daarbij in met zonnebrandcrème. Helaas zijn veel zonnebrandcrèmes niet oceaanvriendelijk en tasten ze koraalrif aan. Wij leggen uit hoe dat werkt, wat we ertegen kunnen doen en hoe je kiest voor een duurzame zonnebrandcrème.

Als je je weleens hebt ingesmeerd met (waterbestendige) zonnebrandcrème en daarna ging zwemmen in de zee, viel het je misschien wel op dat die crème olieachtige vlekken in het water achterlaat. Dit is enorm schadelijk voor het leven onder water. Jaarlijks belandt zo’n 14.000 ton aan zonnebrand in de oceaan. Een groot deel daarvan bevat de stof oxybenzone, een chemische UV-filter dat ervoor kan zorgen dat koraalrif verbleekt of zich niet meer kan vermeerderen, en daarna afsterft. In Hawaii en Mexico zijn chemische UV-filters sinds 2021 om die reden verboden, maar in veel andere delen van de wereld, inclusief Nederland, niet.

Chemische en minerale filters

Heel simpel uitgelegd: zonnebrandcrème bevat een UV-filter dat je huid beschermt tegen de zon. Dat kan een chemisch filter zijn of een mineraal filter. Chemische filters trekken in je huid en absorberen UV-straling, wat ervoor zorgt dat je beschermd kunt zonnen. Veelvoorkomende chemische filters bevatten oceaanschadelijke stoffen als oxybenzone (op de verpakking vaak 2-hydroxy-4-methodxy of benzopenone-3 genoemd), octinoxate (octyl methoxycinnamate), avobenzone en octocrylene. Deze stoffen bevorderen de verspreiding van virussen in het water, wat zorgt voor het coral bleaching effect.

Zonnebrandcrèmes met minerale filters zijn daarentegen natuurlijk. Mineralen als zinkoxide en titaniumdioxide leggen een laagje op je huid dat UV-straling weerkaatst. Deze trekken dus niet ín je huid. De kans op overgevoelige reacties is daardoor kleiner dan bij chemische filters en je hoeft de zonnebrandcrème niet te laten intrekken, omdat deze direct werkt. Dat zijn voordelen, maar helaas zijn natuurlijke zonnebrandcrèmes ook niet altijd oceaanvriendelijk. Volgens sommige rapporten zijn zinkoxide en titaniumdioxide niet afbreekbaar en beschadigen ze de oceaan alsnog. Bovendien bevatten ze vaak nanodeeltjes om een witte waas op je huid te voorkomen. De nanodeeltjes zorgen er bovendien voor dat een zonnebrandcrème makkelijk smeert.  Eigenlijk is het een goed teken als je zonnebrandcrème een witte waas achterlaat op je huid: dat betekent dat er geen nanodeeltjes in zitten.

Welke duurzame zonnebrandcrème kies je?

Helaas doen merken zich vaak duurzamer voor dan ze zijn en is er soms sprake van greenwashing. Termen als ‘natuurlijk’ en ‘biologisch afbreekbaar’ op de verpakking zijn dan niet meer dan een marketingstunt. Om te weten wat er in een zonnebrandcrème zit, kun je het beste kijken naar de ingrediënten. Vermijd alles waar oxybenzone, octinoxate en PABA in zit.

Een natuurlijke  zonnebrandcrème die geen witte waas achterlaat, maar ook geen nanodeeltjes bevat, is die van Naïf. Dat komt door natuurlijke oliën als olijfolie, kokosolie en zonnebloemolie. Ook is deze zonnebrandcrème vegan omdat deze candelillawas bevat in plaats van bijenwas. De verpakking is plasticvrij en gemaakt van suikerriet. Een andere vegan zonnebrandcrème is de Sunblock van Lush, in vaste vorm. Deze bevat echter wel een aantal synthetische stoffen.

Veilig zonnen

Het allerbelangrijkst is natuurlijk dat je veilig zont en op het heetst van de dag (tussen 12.00 uur en 15.00 uur) de schaduw opzoekt. Ook kun je een gebruik maken van een sarong, een shirt en/of een zonnehoedje. Verder is de basisregel bij zonnebrandcrème dat je beter kunt smeren dan sprayen, want dan ben je beter beschermd tegen de zon. Het is onze gezamenlijke verantwoordelijkheid om daarnaast het koraalrif te beschermen.

Vond je dit artikel over duurzame zonnebrandcrème interessant om te lezen? Lees dan ook: Vegan summer guide.